Vet Macho

Een paar weken terug was ik spreker op het Nationaal Veterinair Congres. Het thema was innovatie en verbinding. Een perfecte aanleiding om te praten over Veterinary Happiness en hoe je daar op kunt sturen! Dat sturen op geluk in de praktijk een positieve invloed heeft op de binding met klanten en ook op de binding tussen werknemers en hun praktijk of leidinggevende, dat klinkt eigenlijk wel logisch, maar dat zoiets innovatief zou zijn is toch bijzonder.

Uit verschillende stromingen van de wetenschap is al vele jaren bekend dat je richten op geluk een belangrijke factor is in het succesvol maken en houden van een onderneming. Daarin zijn verschillende velden in te onderscheiden: van het functioneren van de veterinaire professional en de organisatie in z’n geheel, tot aan de bereidheid tot aankopen door de klant en de neiging van de klant zich loyaal te binden aan een praktijk. Ondanks dat de wetenschap duidelijke signalen geeft om zaken anders te doen, laat de ‘state of happiness’ van menig praktijk en professional veel te wensen over en lijkt innoveren op dit punt voor veel professionals nog te ver van het bekende pad. Met een snel veranderende wereld kun je je toch afvragen of dat pad wel goed genoeg is voor de toekomst. Sterker nog, voor een flink aantal praktijken blijkt het voor hun bekende pad nu al duidelijk niet meer toereikend. Is dat niet genoeg reden voor een andere aanpak?

In mijn gesprekken over veterinary happiness vind ik veelal positieve reacties. Niemand is tegen happiness en menigeen beaamt dat er te weinig aandacht is voor de menskant van de diergeneeskunde. Ook tijdens het Nationaal Veterinair Congres was dit te zien bij een stelling over geluk en medewerkers. Iedereen was het eens met de stelling ‘gelukkige medewerkers geven meer bedrijfssucces’. Het besef is daar wel degelijk, maar wat doe je nu om dat ook echt onderdeel te maken van je bedrijfsvoering? Gelukkig zie ik dat er veel interesse is in het onderwerp en kan ik met individuen en praktijken werken aan hun (happy) praktijk van de toekomst. Voor een deel van ‘macho’ veterinair Nederland is dit nu misschien nog wel te soft. Maar is het niet heel macho om lef te hebben? Om buiten de gebaande paden te durven kijken? Om open te staan voor nieuwe ideeën? Of misschien juist open te staan voor iets wat je diep van binnen waarschijnlijk al wel weet?